Hij was mijn beste maat vanaf de eerste dag dat we elkaar bij het eerste jaar van de middelbare school tegen kwamen. Hij durfde echt alles in de klas, had al lang haar en zijn fietsstuur stond zo'n beetje op racestand. Met de handvatten omlaag. Ik durfde die eerste dag echt nog helemaal niks te mispeuteren in de klas, had kort haar en ik had geen fiets. Hij is mijn beste vriend gebleven. Zo'n vriendschap waarover de mensen spraken. Als mijn maat ergens wat had uitgevreten kreeg ik automatisch thuis ook op mijn klooten omdat mijn ouders er gewoon van uit gingen dat ik er dan ook wel bij de ongeregeldheden was betrokken. En dat klopte ook wel. Hij was 'n vroege, ik was wat later. Hij rookte al en stak af en toe een tong bij een meisje in haar mond. Ik heb dat met mijn eigen ogen gezien. Hij kon kringetjes rook uitblazen. Hij kon toen al gewoon over zijn longen roken. Ook in de klas. Bij chemie viel dat niet zo op. Ik liet daar af en toe een windje zo hard ik kon. Bij chemie viel dat niet zo op.
Heel veel later, mijn maat had een goeie baan en verdiende meer dan ik. Hij had een mooie vrouw, net als ik en we deden nogal wat samen. Hij rookte, ik liet nog steeds af en toe een wind. Ook als ik géén chemie had. Hij sprak toen al veel over geld. Over verdienen. Toen stoorde me dat niet zo. We spraken ook veel over vriendschap en vrouwen, en wat er allemaal mis kan gaan. Hij begon steeds meer te roken en te drinken. Ik liet nog steeds af en toe een windje maar had mezelf inmiddels aangewend om daarna me te excuseren. Hij had een bloedmooie vrouw, en ik ben er vaak alleen mee geweest maar ik heb nooit mijn tong in haar mond gestoken. Toch zijn we geen maatjes meer. Die vriend van vroeger vertelde me eens dat hij wel eens iets meenam uit de winkel zonder te betalen. Zo tussen neus en lippen door, ik denk nog niet eens dat hij mijn verbazing heeft opgemerkt. Het is nu meer dan drie jaar geleden dat we elkaar nog hebben gesproken. Door de scheiding van die vriend en zijn mooie vrouw zijn we gestopt met vriend zijn. Met zijn ex heb ik een ongelofelijk goed en bijzonder contact. Ik ga er nog wel eens koffie drinken. Ze is trots op mijn motor. We roken samen een sigaretje in de grote tuin en babbelen over vroeger. Zij rookt over haar kleine longetjes en ik laat een windje, maar zo zachtjes dat ik geen sorry moet zeggen.