Het zal me goed doen dat ik morgen weer kan motorrijden. En mijn motormaatjes weer zie. Het leek vanochtend zo mooi allemaal. De zon scheen, vogels in de tuin. In de garage staat mijne Bonnie met haar Italiaanse gat te blinken. Vandaag kan ik niet gaan rijden, 'k heb wat te doen in Limburg.
Soms slaat iets warms om in kil en koud. Zoals het weer. Bij Zolder werd de lucht donker, 'k heb dat daar ooit nog gehad. Alsof het daar door de industrie minder licht is en er vielen druppels. Het was ook daar dat we in de file stonden voor de wegwerkzaamheden.
Altijd weer datzelfde grapje tegen mijne zoon over die wegwerkers die het verkeer met hun arm waarschuwen dat ze rustig moeten rijden. 'Ik snap niet dat die daar heel de dag kunnen staan zwaaien met hun arm!' Mijne zoon lacht er altijd mee. Dirk zwaait er tegen terug of probeert hun arm te raken. Het was daar ook dat we werden ingehaald door een enorme grote groep motorrijders. 'Hell Angels Belgium, Hell Angels Holland, Red devils MC. En een paar zonder colours. Mijn zoon zei het nog. 'Pa, moeten die zichzelf nog bewijzen?'
Een voor een denderden ze tussen de auto's door. Indrukwekkend. Ik dacht weer aan dat Italiaanse kontje waar ik morgen mee zou gaan denderen, met mijn maatjes.
Op de televisie bij het nieuws net zag ik diezelfde grote groep Harley's rijden. Hell Angels met én zonder colours. Op weg om eer te bewijzen aan de overleden mensjes van het dramatische busongeval. Het zal me goed doen wannneer ik morgen met mijn maatjes kan gaan rijden.